Het 22e Belgisch Congres voor Reumatologie (BCR), georganiseerd door de Koninklijke Belgische Vereniging voor Reumatologie, vond plaats van 26 tot 28 september 2018 in Spa. Tijdens dit congres gaf Dr. Frank Behrens, directeur reumatologieonderzoek aan het Goethe Universitair Ziekenhuis (Frankfurt) en lid van verschillende internationale reumatologiecommissies (GRAPPA, EPOSS, PAGE), een presentatie met als thema “comorbiditeiten geassocieerd met psoriatische artritis (PsA) en hun effect op de keuze van de behandeling”.
Guselkumab is een monoklonale antistof tegen interleukine 23 (IL-23). Guselkumab is al goedgekeurd voor de behandeling van matig ernstige tot ernstige psoriasis. In deze studie werd het effect van guselkumab bij psoriatische artritis onderzocht.
Een waardevolle vraag nu er in alle medische domeinen wordt gesproken over het afbouwen van medicatie. De evolutie bij patiënten in remissie met axiale spondyloartritis zonder radiografische tekenen is echter niet bekend. Daarom werd de ABILITY-3-studie op touw gezet.
Bijna een derde van de patiënten met psoriasis of psoriatische artritis loopt een hoog cardiovasculair risico volgens de framinghamscore en in een kwart tot een derde van de gevallen worden de klassieke, corrigeerbare risicofactoren niet gediagnosticeerd en/of behandeld.
Een behandeling met TNF-alfa-antagonisten blijkt de toename van atheromatose in de carotiden tegen te gaan en de bloedvatontsteking te verminderen bij patiënten met psoriasis of psoriatische artritis.
Psoriatische artritis blijkt gepaard te gaan met een snellere vorming van atheroomplaten in de kransslagaders. De ontstekingsactiviteit zou weleens een betere voorspellende waarde kunnen hebben dan de klassieke cardiovasculaire risicofactoren.
The New England Journal of Medicine publiceert twee studies over tofacitinib bij psoriasisartritis. Philip Mease en collega’s tonen aan dat tofacitinib doeltreffender is dan placebo bij patiënten met psoriasisartritis die voorheen faalden onder conventionele DMARD’s. Het team van Dafna Gladman komt tot de bevinding dat tofacitinib de ziekte‑ activiteit meer doet dalen dan placebo bij patiënten met psoriasisartritis na een ontoereikende respons onder anti-TNF.
De ACTIVE-studie heeft het effect van apremilast op de verschillende verschijnselen van psoriatische artritis onderzocht bij patiënten die nog geen biologisch geneesmiddel hadden gekregen.
Een derde van de patiënten bij wie hun psoriatische artritis volgens de reumatoloog goed onder controle is, voldoet niet aan de criteria van een inactieve aandoening op basis van de MDA-score (Minimal Disease Activity).
Zo klonk de titel van de voordracht van prof. Rik Lories (KU Leuven) tijdens een wetenschappelijke bijeenkomst georganiseerd door Celgene.
“Geruststellend is vooral het uitstekende veiligheidsprofiel van apremilast (Otezla®). Bij de behandeling van chronische ziektes zoals psoriatische artritis is het uitermate belangrijk dat de behandeling goed wordt verdragen. Vaak zal de patiënt de behandeling immers jarenlang moeten innemen.” (Dr. Christopher Edwards)
Het gewrichtslijden bij psoriatische artritis correleert met de uitgebreidheid van de huidletsels, wat pleit voor een optimalisering van de behandeling van de huidletsels.
Bij spondylartritis en reumatoïde artritis verandert de fecale microbiota. De aanwezigheid van een grotere hoeveelheid Ruminococcus gnavus blijkt specifiek te zijn voor spondylartritis en correleert met de ziekteactiviteit.
De CRESPA heeft het percentage remissie bepaald bij behandeling van een perifere spondylartritis in een zeer vroeg stadium met een TNF-alfa-antagonist.
De auteurs hebben de literatuur doorgenomen om de incidentie van myocardinfarct te bepalen bij 5 grote types van artritis.
Resultaten van een grootschalige studie bij Deense en Zweedse patiënten met spondylitis ankylosans toonden geen verhoogd risico op kanker in het algemeen, noch op zes frequent voorkomende specifieke kankertypes. En dat geldt zowel voor patiënten onder TNF-remmers als voor de groep die deze medicatie niet krijgt. Zo schrijven Karin Hellgren en collega’s in The Annals of the Rheumatic Diseases.
Een strikte controle van de ziekteactiviteit bij vroege psoriasisartritis op basis van een treat-to-target-benadering verbetert de gewrichtsuitkomsten op significante wijze, en gaat niet gepaard met onverwachte ernstige neveneffecten. Zo suggereert een gerandomiseerde studie in The Lancet.
Secukinumab toont een gunstig effect op de symptomen van spondylitis ankylosans. Dat suggereert gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek van Dominique Baeten en een internationaal onderzoeksteam. The New England Journal of Medicine publiceerde de resultaten.
Roken vermindert de respons op anti-TNF-therapie bij personen met axiale spondyloartritis (axSpA). Die conclusie trekken Adrian Ciurea en collega’s uit een recente studie die te lezen is in the Annals of the Rheumatic Diseases.
De meerderheid van personen met een nieuwe diagnose van psoriasisartritis heeft meer dan tien procent risico op een cardiovasculaire aandoening binnen een termijn van tien jaar. Het cardiovasculaire risico in deze populatie is hoger dan verwacht en wordt onderschat. Dat schrijven Floranne Ernste en collega’s in Arthritis Care & Research.
Vrouwen met spondylitis ankylosans lopen een hoger risico op ischemisch hartlijden dan vrouwen van dezelfde leeftijd zonder deze aandoening. Na correctie voor NSAID-gebruik was er evenwel nog slechts een niet-significante trend naar een verhoogd risico. Dat suggereert onderzoek door Ivette Essers en collega’s in Annals of Rheumatic Diseases.
Ortho-Rheumato Vol. 23 Nr. 1
Schrijf u gratis in op onze wekelijkse nieuwsbrief en ontvang het laatste nieuws en nog veel meer ...